woensdag 30 juli 2014
Passage to Brussels
Zij geeft hem een kus, zedig maar hartelijk. Een halfuur
hadden ze mekaar gekend.
Zij moest naar de Brouckère, hij nam haar mee, vooraan in de
wagen. Zij een prille twintiger, halflang donker haar, hij een joviale
vijftiger met een ronde buik.
Op reis ? vroeg hij, oprecht geïnteresseerd. Neen, ze
bezocht een vriendin die in deze buurt woonde, ze had voordien een meeting
gehad. Ze kwam uit Wenen, maar sprak vloeiend Frans want ze was Zwitserse. Hij was vaak in Zwitserland geweest, vroeger als
buschauffeur. Vooral in Lausanne, hij kende de dansschool van Béjart, een
nichtje danste daar. Zo leerde hij moderne dans kennen, later ging hij naar opvoeringen
van De Keersmaecker en Platel.
Ze keek wat verwonderd. Dan vertelden ze honderduit over
voorstellingen die ze hadden bijgewoond, het ging over het hart, de ziel van
een voorstelling. Wanneer ben je geraakt, en waarom? Het heeft niks te maken
met kunstjes, met vrijblijvende schoonheid, met sierlijke bewegingen of gebaren
in volmaakte symmetrie. Als het gemeend is, als het echt is, is het kunst. Hij
beaamde dat, het moet puur zijn, voegde hij er nog aan toe.
Ze konden het niet helemaal onder woorden brengen, er volgde
een rustpunt in hun conversatie, een
veelzeggend stilzwijgen waarin alles werd gedeeld.
Zij glimlachte, ze keken naar mekaar, hij wist wat zij
bedoelde, zij zag dat hij het meende.Dan verdiepten ze toch wat niet konden zeggen, vertaalden
het naar, wat heet, het concrete leven, maar daar vonden ze dan weer geen
woorden voor. Naar zoiets als vriendschap, naar passie, naar hunker. Ze kwamen
al snel tot de kern.
Hij stopte traag aan de UGC, stapte uit, ook al had ze geen
bagage. Zij betaalde, dikke fooi. Hij weigerde, ze drong aan. Zij omhelsde hem
zomaar, hij schrok niet. Zij keek vluchtig om, wuifde, verdween voorgoed om de
hoek.
De avond kleurt oranje, een auto claxonneert te luid. Hij
gaat terug in de wagen zitten, wat voor zich uit kijken. Laat nog even het
bordje op het dashboard ongemoeid.
zondag 13 juli 2014
ça y est ?
Do you speak English ? vraagt de dikkige Amerikaan. Can I borrow your pen ?
Hij neemt ze aan zonder te bedanken en trekt zich terug
achter het ronde tafeltje in de linkerhoek boven in de Exki, kant Van Praet. Als bezeten schrijft hij
alsof de muze hem gaat ontglippen.
Naast hem zit een vrouw van middelbare leeftijd, ze tokkelt
op een Mac, iets anders wordt niet
meer opengeklapt op café, kan je net zo goed een Olivetti meezeulen.
Un père divorcé
eet taart met zijn twee puberende dochters. Ze sleuren loodzware solden.
De meisjes zijn sportief en knap, de vader fier, de dochters
blij. Een ganse dag heeft papa uitgebreid getrakteerd, ze keren huiswaarts met
een halve kleerkast.
Het blonde meisje trekt haar neus heel hoog op omdat ze de jus d’orange niet kan ontkurken. Papa
mag niet helpen, ze is tenslotte vijftien. Haar zus is heel donker en lijkt
meer bijdehands.
De dikke Amerikaan schrijft mijn stylo helemààl leeg. Naast
hem schuift hij als verwoed op een gigantische Ipad. Het is een vierkleurenpen,
er resten me nog het rood, zwart en groen. Hij verontschuldigt zich niet en
slaagt er niet in de pen terug te schuiven in zijn oorspronkelijke staat,
knoeit wat aan de bovenste knop die nergens toe dient.
Thank you - Thànk
yoù ! dacht ik, maar zweeg.
Alors, ça y est ? vraagt papa vergenoegd.
Mmmm, antwoordt de blonde, je reviens la
semaine prochaine avec maman.
Papa valt stil, het is wat zoeken om het evenwicht te vinden
tussen twee dochters, twee mama’s, tevens ex-en.
On part fin juillet, zegt de blonde weer, on va à la République Dominicaine.
De donkere zwijgt, zuigt aan het gele rietje in de Cécémel, lichtjes dromerig, het lijkt
alsof ze amper luistert.
De blonde vertelt het zomaar, heel gewoontjes, niet venijnig
of treiterig, gewone briefing van wat er te gebeuren staat.
Papa wil lijmen maar weet niet hoe, hij haalt een nieuwe
bestelling, deux chocolats noirs.
De donkere beantwoordt haar message.
C’est qui ? vraagt
haar zus.
De andere trekt haar schouders op terwijl ze leest.
Tu est jaloux ou quoi ? zegt de blonde.
C’est Claude.
Papa zwijgt ogenschijnlijk, het lijkt hem eerder wijs dan
laf.
De zwarte glimlacht fijntjes terwijl ze enthousiast tokkelt.
1-1.
Abonneren op:
Posts
(
Atom
)