vrijdag 2 augustus 2013

poëzienville



Op één rij staat le tout Bruxelles uitgestald op het perron van Lemonnier.
Een Brusselaar met te korte mouwen en een drankprobleem, een Marokkaanse grijsaard, een zwartafrikaanse met dreadlocks en haar twee kinderen, waaronder één hanenkammetje. Twee Bedoeïenenvrouwen in fel gele gewaden, een meisje met een hoofddoek, hippe shirt, jeans en hoge schoenen. Een Brusseles die luidop tettert in haar mobieltje tegen haar overspannen dochter. Een zware Maroxelloise helemaal in het zwart en haar twee meisjes van vier en vijf in vrolijke rode rokjes, een Latino met zilveren brilletje en een clochard die zucht.
Boven het perron kijkt de woonwagenbewoner even over de reling om het menselijk landschap te schouwen. Hij glimlacht lichtjes, schudt even met zijn haren zoals een vis wentelt met zijn vinnen, volkomen op zijn gemak.

Geen opmerkingen :

Een reactie posten