Zelfs bij guur hondenweer gaan de kattenmadammen de hort op.
Beschut onder een marmite in een droge spleet schrokken de poezen gulzig met kwispelende staart.
Bij bakken valt de regen, hondstrouw vullen ze de schalen.
Dan keren ze weer naar de winderige blokken, behoedzaam, één na één, af en toe een schamel woord onder een schaarse lamp. De Tweezamen.
Dit is literatuur, man. Schitterend.
BeantwoordenVerwijderenMet dank.
BeantwoordenVerwijderenWilliam