Beste Bruksel,
Vlak vóór het naar beneden gaan aan de Beurs valt mijn oog op een affiche die ik helemaal onderschrijf.
'Bruxelles-Bruxelles en voiture, c'était ridicule." Men moet gek zijn om in Brussel de wagen te nemen.
Vijf minuten later wil ik opstappen op Tram Drie, mensen staan op mekaar geplakt tot in de middengang en tussen de zetels. Ik laat hem passeren, al snel komt een tweede, die ik ook aan mij laat voorbijgaan.
De derde is van hetzelfde allooi, maar een mens kan of mag niet overnachten in Metro of Pré-metrostations, dus duw en wring ik mij een weg naar binnen.
Terwijl ik onderweg probeer te asemen, ondertussen mijn neus dichtknijp om niet de vreselijke lookwalmen van een medepassagier op te snuiven, denk ik aan de affiche buiten.
De meeste auto's in Brussel rijden leeg, maar staan stil.
Wij, dat moet gezegd, zijn in beweging maar zitten proppensvol.
Iemand moet iemand helpen.
Ik weet natuurlijk wel hoe.
U ook, maar de Stib is potdoof, die willen zelfs nog bezuinigen.
Wat verder passeer ik de reeds lang gepasseerde affiche van de expo : We are the Stib.
Allemaal gelukkige en tevreden mensen.
Natuurlijk : zij werken bij de Stib, dat is iets helemaal anders dat u verplaatsen met de Stib.
Je, Pacha Kroet.
Geen opmerkingen :
Een reactie posten