dinsdag 12 juni 2018

Bruxelles-sur-Mer

Ik vraag of hij een bakker kent in de buurt, hij is franstalig.
De man blijkt een Bruxellois pur sang.
Hij draagt een afgeleefde training en heft een 33cl Cara. Van brood heeft hij geen kaas gegeten maar de vrouw naast hem helpt me verder.
Ze is zijn vrouw, zus of moeder ? Of alle drie tegelijk.

Wat doen mensen 's ochtends aan zee ?
Ze laten hun hondje uit. Soms veel hondjes tegelijk, zoals de lange slungel uit Zeelelie, hij is kaal maar pocht met zijn staartje. Hij ment vier Pekineesjes die hopeloos verstrikt raken als een vrouwtje Peki hun pad kruist.
Hij vloekt in het Frans,ook hij is een stadsgenoot, ik hoorde hem bellen maar luisterde niet.

Meeuwen zeilen hoog in de wind, hun gekrijs overstemt de branding.
Ik passeer residenties met ronkende namen, de Concorde, Olivier, Jordaen, Montana, de Rede, Hawaï, Zeegalm. Bij Duinroos staat er veel te koop.
Een plastic zakje plakt even tegen de glazen voordeur van Miami Beach en waait dan losgeslagen het strand op.
De winkelier bestelt mij heel gejaagd, er is slechts één klant na mij. Het is een afwijking aan zee, ik merk het ook bij de visboer, aan de kassa's van de Carrefour of in café Westenwind.
Gif moar goaze wei, we hebben maar vier maand.
Een ouder koppel passeert traag op de lange dijk. Zijn rug staat helemaal krom, een bakker te laat op rust, zijn vrouw compenseerde de stress in zoet.
Een slager koopt vis, het ziet niemand.

Veel kustgangers zwemmen in het vet. Er is veel schuim.
Ze zijn al wat ouder en onveranderlijk wit.
Enkel het onkruid in de veel te afgezoomde perkjes wordt gewied door Noord-Afrikanen.
Ze zijn opvallend slank, jong en gespierd. Ze praten vloeiend Nederlands.
Er zijn geen bedelaars, ik vermoed dat ze weg gejaagd worden.

Aan het Casino komt het ijs van een ander continent.
In café Zeewind luistert een man niet naar zijn vrouw, ze ratelt oeverloos om zijn aandacht gaande te houden.
Hij tuurt in het oneindige, gelukkig is er zee aan zee.
Soms knikt hij, het is een uit de hand gelopen tic.

Allez Vodka, avance.. hij duwt een moddervette Labrador voor zich uit.
Met hun twee kunnen ze amper in de liftkooi. Hij zucht diep.
Hij vraagt of het vooruit gaat aan de Brouckère.
Je rentre demain.
Rien à faire ici.