zaterdag 30 november 2013

Het Zoethoudertje



Op het herfstige terras van de Brouckère zit een jongen met een Koffie Verkeerd.
Hij zit op het middentafeltje en drinkt traag, met spaarzame teugjes.
Kijkt stil naar het glazen kopje.
Dan neemt hij het Exki-darkchocolate reepje, slechts een pink groot, dun en smal.
Zacht kruimelt hij de chocolade, wel honderd kleine stukjes legt hij behoedzaam op de zwarte tafel.
Neemt nog een kleine slok, met zijn halfnatte wijsvinger plukt hij een stukje van de tafel en legt het op zijn tong.
Hij kijkt aandachtig naar de tafel en de chocola, verlegt een paar stukjes, alsof hij ze ordent naar grootte en gewicht. Dan weer één.
Hij wacht minutenlang.
Wel honderd chocolaatjes, daar ben je heel lang zoet mee.

dinsdag 26 november 2013

genoteerdenroute



Stressed ?
Depressed ?
But well dressed !

Ik lees het op de vitrine van de nieuwe kledingwinkel in de Dansaert.
Ik ben niet stressed noch depressed, maar toch well dressed.
Mag ik ook meedoen ?

zaterdag 23 november 2013

The very best of the world



In lange rijen drummen ze samen, de hongerigen.
Ik hoor gedempt Duits, scherpe Franse klanken, very and loud American, flarden Oosteuropees.
De Spanjaarden zijn beleefd maar laten zich niet onbetuigd.
Ze wachten, gelaten maar vol verwachting.

De zon is mild op deze zaterdagmiddag. Ook de duiven wachten, zij het niet voor Quiévrain.
Een kind schreeuwt, een helblond meisje van Scandinavische origine stampt met haar voetjes, het duurt haar te lang. Een meisje passeert in training, onderweg naar het park. Haar outfit is onberispelijk, haar stijl belabberd.
Dan gaan de luikjes open, licht rumoer in de rijen. Langs beide zijden van het ronde paviljoen opent zich de grot van Ali Baba.
De geur is profijtig, geen dikke walmen, geen vettigheid. Het aroma van een excellent restaurant.
Het Maison Antoine moet wereldvermaard zijn.
Toch vind ik Maison wat hautain.
Een friture is een friture, niks om beschaamd over te zijn. Noem man en paard.
Een piscine is een piscine en geen 'zwemhuis'. Le Quartier Breughle  is het Marollenkwartier en La Grande Place is gewoon de Grote Markt.
De frieten daarentegen zijn top. Net krokant genoeg, luchtig en tot op de seconde na gepast uit de olie geplukt.

Een man maakt een foto van zijn familie aan het Maison Antoine.
Put the frites in your mouth, roept hij.
What does it mean 'Maison' ? vraagt hij.
Friture, antwoord ik, en al vraagt hij het niet, the very best in the world.




dinsdag 19 november 2013

genoteerdenroute



De zwakzinnige jongen op de tram spreekt van nakende onweersneeuwbuien.
Dat is waarachtige poëzie.
Lichtgevende sneeuwvlokjes die heel traag neerdalen uit de Hemel.
Zou er dan toch een God zijn ?

vrijdag 15 november 2013

poëzienville : Café Ravensteingalerij, o8u37



Zó traag zingt
het ongetwijfeld
zwarte meisje
dat het lijkt of haar hese stem
stil valt

in de galerij
lopen forenzen
als nerveuze mieren

even

niemand meer


dan herneemt
het zwarte meisje
weer
slechts even
stokte de adem

zaterdag 9 november 2013

De Tentoonstelling



Mmmmm... Ze bekijkt hem met glinsterende oogjes.
Altijd lacht ze, als ze naar hem kijkt en ook als ze niet naar hem kijkt, doch dat is heel zelden want ze verliest hem amper uit het oog.
Slechts af en toe aanschouwen ze de werken zoals je vluchtig kijkt naar een straatmus op een vensterbank.
Haar enige en echte kunstwerk loopt gewoon naast haar, robuust en vrolijk, hij maakt schijnbaar voortdurend grapjes. Het is slechts schijn, ook al spuwt hij azijn ze blijft lachen.

Ze knikt, beaamt alles wat hij zegt, lacht breed, kijkt even naar zijn kruis, streelt zijn arm, knikt weer.
Hoort ze wat hij zegt ? Geeft niet, hij is er, vlakbij, helemaal voor haar alleen.
Ze blijven stilstaan, ze zegt amper wat, laat hem voortdurend aan het woord. Hij geniet van de aandacht, knappe bink, blond, flamboyant maar met mate. Zij, uitgelaten maar niet onnozel, joviaal, mooi, strakke jeans.

Ze staan weer stil maar niet bij Walter Swennen. Ze konden net zo goed flaneren door het park of aan het Rood Klooster, keuvelen in de Dansaert. De wereld rondom hen bestaat niet, enkel decor.
Zo gaan ze voort, merken amper dat ze nu naar de volgende verdieping gaan. Gaan ze naar boven of naar beneden ? Geen van beide kan het navertellen. Zijn ze hier al geweest ? Is dit het vervolg ? Zijn ze al bij Petit Halilaj ?
Wat zou het, zij lacht alweer, hij ook.

Niets telt.
Er is alleen de blinde verliefdheid.
In die smoor drijven zij op een wolkje heel langzaam naar beneden. Net vóór sluitingstijd.
Hoe was het ? vraagt haar moeder bij thuiskomst. Niet te missen, zegt ze.
Je gelooft niet wat je ziet, zegt hij nog.


zondag 3 november 2013

Rien du Tout


Trois piqures pour endormir ?
Putain !
De man in voze jeans is op een vreemde manier fier dat de beller hem zijn diepste geheimen toevertrouwt en iedereen mag dat graag horen.
Naast hem staat een dikke vrouw, ook al in sjofele jeans. Ze heeft slechts één tand maar hij is van goud.
Daarom lacht ze vaak. Misschien is het een soort levensverzekering, voor als de nood - die er evenwel elke dag is - maar als die torenhoog is geeft ze hem wellicht in bruikleen in de Sint-Gisleinstraat.
Ze kijkt wat verbaasd naar de man en zegt dan, half schertsend maar toch met een serieuze ondertoon :
il aura quand-même la paix.
Er is nog een compagnon, hij zit op een manke stoel in de Jardin Collectif op de hoek van de Kogelstraat.
Hij heeft niets gezien of gehoord, hij zit zo stil dat het lijkt of hij dood is.
Quoi ? vraagt de beller aan de vrouw.
Rien du tout, antwoordt ze.

Nous ne sommes pas assez rien du tout.
Het komt van Geert Van Bruaene, spil van het Brusselse artistieke leven in het midden van vorige eeuw.
Ach, arrogant, zichzelf opblazen, zich optutten, stukjes schrijven ?
Être rien du tout : dat is de kunst.