zaterdag 9 november 2013

De Tentoonstelling



Mmmmm... Ze bekijkt hem met glinsterende oogjes.
Altijd lacht ze, als ze naar hem kijkt en ook als ze niet naar hem kijkt, doch dat is heel zelden want ze verliest hem amper uit het oog.
Slechts af en toe aanschouwen ze de werken zoals je vluchtig kijkt naar een straatmus op een vensterbank.
Haar enige en echte kunstwerk loopt gewoon naast haar, robuust en vrolijk, hij maakt schijnbaar voortdurend grapjes. Het is slechts schijn, ook al spuwt hij azijn ze blijft lachen.

Ze knikt, beaamt alles wat hij zegt, lacht breed, kijkt even naar zijn kruis, streelt zijn arm, knikt weer.
Hoort ze wat hij zegt ? Geeft niet, hij is er, vlakbij, helemaal voor haar alleen.
Ze blijven stilstaan, ze zegt amper wat, laat hem voortdurend aan het woord. Hij geniet van de aandacht, knappe bink, blond, flamboyant maar met mate. Zij, uitgelaten maar niet onnozel, joviaal, mooi, strakke jeans.

Ze staan weer stil maar niet bij Walter Swennen. Ze konden net zo goed flaneren door het park of aan het Rood Klooster, keuvelen in de Dansaert. De wereld rondom hen bestaat niet, enkel decor.
Zo gaan ze voort, merken amper dat ze nu naar de volgende verdieping gaan. Gaan ze naar boven of naar beneden ? Geen van beide kan het navertellen. Zijn ze hier al geweest ? Is dit het vervolg ? Zijn ze al bij Petit Halilaj ?
Wat zou het, zij lacht alweer, hij ook.

Niets telt.
Er is alleen de blinde verliefdheid.
In die smoor drijven zij op een wolkje heel langzaam naar beneden. Net vóór sluitingstijd.
Hoe was het ? vraagt haar moeder bij thuiskomst. Niet te missen, zegt ze.
Je gelooft niet wat je ziet, zegt hij nog.


Geen opmerkingen :

Een reactie posten