maandag 7 december 2009

Zondagavond in Brussel

Het is voorbij halfzeven als ik op zondagavond Les Évasions in de rue du Midi betreed.
Het ruikt er naar vergeelde magazines en oude wafels.
Ik verlies mij meteen in "Les plus belles lettres manuscrites de la langue française", een schitterende verzameling brieven van beroemde Fransen. Ik lees de lettre van Jeanne d'Arc aux habitants de Reims. Ook Montaigne en Rimbaud wonen in het boek.
Heel mooi is de aanhef van Victor Hugo als hij vanuit Brussel, op amper twee passen van deze plek, schrijft naar zijn geliefde Adèle : "..c'est un bonheur pour moi de me rapprocher de toi par la pensée en t'écrivant." Mooier kan ik het niet zeggen.

In de strips speurt een neuriënde man snel doorheen de bakken.
Ikzelf twijfel tussen les Légendes Urbaines, Vlad of les Cités Obscures van Schuiten&Peeters.
Maar er zijn ook Philippe Geluck en Tardi met prachtige uitgaven.
Ik lees ze snel terplaatse, dat scheelt een flinke hap in mijn budget.

Een dikke bezwete man, in een lange impermiable creërt door zijn lijfgeur meteen veel ruimte in de afdeling Réligion Mythologie Esotérisme en Grand Formats.
Hij zou zich beter verliezen in de rayon Médicines Douces.
Maar daar zit dan weer een Duits koppel languit te lezen op hun kont. De vrouw draagt zwarte rijlaarzen en bezet de hele gang.
Duitsers, het zit er nog altijd een beetje in : hier sind wir, hier bleiben wir.

Ook al ligt de winkel barstenvol boeken en tijdschriften, waar je makkelijk drie levens kunt mee vullen, wordt mijn aandacht gezogen naar een donker hol achter de toonbank.
Ook daar staan ongetwijfeld nog tonnen boeken, er is zelfs een impasse zichtbaar : welke schatten liggen daar verborgen ? Ik zal het nooit weten.
Boven die mysterieuze grot hangt een bordje : "Locaux protégés par video", dat maakt het nog spannender.
Er staat ook nog een man in een blauw werkpak, vermoedelijk een onderhoudstechnieker van de Stib, hij draagt een grote bril en heeft zich de bakkebaarden van Leopold I toegeëigend.
Er zijn ook nog Amerikanen, Japanners en Italianen in Les Évasions.
Een vrouw met lang zwart haar maakt orde in de chaos : een verloren strijd - in haar ijver verbergt ze een bordje : "Merci de respecter le classement" - ze maakt het zichzelf moeilijk.

Ik verlaat het pand met Ziggy Stardust op de achtergrond, mijn avond kan niet meer stuk.
De Italiaanse kassier is weggelopen uit Decamerone van Pasolini, hij begroet mij heel vriendelijk ook al koop ik maar één dun boekje van 50 cent : "Coeur Joyeux - Chansonnier de plein air du groupe", van de Association Royale des Boy-scouts de Belgique.
U zal zich vermoedelijk afvragen : waarom dit boekje ? Welnu, ik ook.

In de rue du Midi hoor ik flarden verdwaalde kerstmuziek van de Winterfoor.
Een Joodse vrouw wandelt met haar zwakzinnige zoon op het trottoir, zij zingt Jiddische liedjes.
Ik schenk het zoontje mijn dunne zangboekje : hij is heel verrukt.
Het is tenslotte Sinterklaas.

3 opmerkingen :

  1. "U zal zich vermoedelijk afvragen : waarom dit boekje ? Welnu, ik ook." - knal erop.

    BeantwoordenVerwijderen
  2. Ben het met Guido eens en daarbij komt dat ik zes jaar als kleine jongen in Brussel gewoond heb en bij de Waalse louvetaux (welpen) meedraafde en hun liedjes leerde. Dus dat boekje, dat had ik ook graag willen krijgen.

    BeantwoordenVerwijderen