maandag 22 juni 2009

Toeristen

Ik deel de lift met vier nederlandse toeristen. We stijgen naar de Arcades op de Triomfboog in het Jubelpark.
"Nou," zegt de éne Hollander, "buiten staat dat er plaats is voor elf toeristen en binnen slechts voor tien. Onduidelijke boodschap."
"Mja," zegt de grijsblonde dame, "mensen worden alsmaar zwaarder, misschien mogen er volgend jaar maar negen mensen meer in.."
"Of juist wel, misschien wel dertien met de huidige recessie," grapt éne Joop naast mij.
Iedereen lacht. Is dit een grap of om te huilen ?

Boven staat een onhandige gids die zwaar uit haar nek lult.
Het Europees Parlement, het immense Caprice de Dieu, wijst zij aan als het nieuwe Luxemburgstation, de Royale St-Marie in Schaarbeek wordt de Basiliek van Koekelberg en godzijdank ontsnapt de minaret van de Grote Moskee aan haar oog, anders had ze deze verward met Sint-Goedele.
Ik moei mij niet.

Op de bank leest een dun meisje een partituur van César Franck inplaats van het stadslandschap te bewonderen. Bestudeert of léést zij de partituur, het is onduidelijk.
Soms fronst ze haar wenkbrauwen : schrikt ze van de moeilijkheidsgraad of is ze verrast door de schoonheid van het muziekstuk ?
Een grootvader is er ook met zijn kleinzoon, hij vergist zich niet in de Brusselse monumenten.
Hij gaf daarstraks beneden al wat verstandige commentaar bij het ontstaan van de eerste Wereldoorlog. Men prijze God voor zo'n grootvaders.

Er zijn drie Amerikaanse toeristen die met hun verrekijker zoeken naar de Eifeltoren.
Ik moei mij nu wel en verwijs ze naar het Atomium.
"Amazing," slaakt de dikke Uncle Sam.
"Where is the beach ?" vraagt hij. Ondanks mijn antwoord blijft hij zoeken.
"Wonderful skyline," zegt zijn gemalin die makkelijk kan doorgaan voor de zus van Barbara Bush.
Nou, denk ik dan, als de Empire State Building uw horizont is moet dit toch een Lego-stadje zijn.
Maar de Amerikanen raken er niet op uitgekeken.

Hélemaal anders is de beleving van de Nederlanders, ze vinden het maar 'vlakjes'.
Dat verbaast mij zeer, komende van een land als Nederland moet Brussel ongeveer gelijk staan aan de Himalaya. Niet zo voor de Hollanders.
Ik houd mij op de vlakte.

"Toch wel een kleine collectie," zegt Joop.
Vermoedelijk denkt de brave man dat alleen de bovenste verdieping het museum uitmaakt.
"Tja," zegt de grijsblonde, "had best wat meer mogen zijn."
Onduidelijke lift ? Kleine collectie ? Vlakjes ?

Als ze bij het verlaten van het terras de lift niet meer vinden, moei ik mij absoluut niet.
Ik hoop dat ze nog steeds ronddwalen in de lange gangen van dit onmetelijke huis.

Geen opmerkingen :

Een reactie posten