Op één van de binnenpleintjes van de Foyer aan de Papenvest gaan twee jongemannen op de vuist.
De éne draagt zwarte bokshandschoenen, de andere rode.
De rode is veel kleiner dan de zwarte handschoen, die bovendien veel zwaarder maar ook logger is.
Er is respect voor de spelregels. Vóór ze beginnen tikken ze even mekaars handschoenen, over en weer.
Bij het gevecht worden ze opgezweept door twee bongo's die de match animeren en naar een climax drijven.
De kleinste heeft geen angst en slaat er driftig maar gericht op los, ondanks zijn frêle gestalte.
De grote is angstiger en gaat veel meer in het defensief.
Vermits het maar sport is kan ik rustig toekijken, zonder de hulpdiensten te verwittigen.
Bovendien is het gratis en houden ze wel van toeschouwers.
Na vijf minuten wordt er van partner gewisseld in de ring. Het dikkerdje blijft staan en neemt het nu op tegen een lange sierlijke kleurling. Hij heeft het kapsel en de gestalte van Felliani.
Hij heeft gezien dat zijn tegenstander een angsthaas is en provoceert hem zwaar door zijn hoofd onbeschaamd ver vooruit te steken.
Een agressieve zwaan die je best mijdt.
De zwarte handschoen loopt erin, maar is veel te traag zodat de andere loeihard uithaalt.
Dat maakt hem nog banger. Daar moet hij even van bekomen.
Ondertussen roffelen de trommels. Er staan ook al wat kinderen rond die genieten van dit onverwacht gebeuren op een druilerige nazomerdag, en beide spelers aanmoedigen.
Het zorgt ook voor wat rampentoerisme. Auto's die passeren op de Papenvest vertragen, sommige toeteren om ze aan te vuren. De vechters glunderen.
Bij het derde gevecht heeft men een scheidsrechter geïntroduceerd. Dat geeft een bezigheid aan de kleinste van de bende, onbekwaam om te vechten.
Als de boksers in mekaar gaan hangen haalt hij ze, als een volleerde kamprechter, uit mekaar.
Dat maakt het schouwspel compleet.
Uiteindelijk blijkt de lange Felliani, ondanks zijn frêle gestalte, de sterkste.
De kleine arbiter krijgt met moeite de lange rechterarm van de bokser overeind, om hem te zegenen als overwinnaar.
Na een uurtje zitten ze allen broederlijk rond mekaar en gaat het roffelen verder.
Er is flink gevochten maar in alle vriendschap, iedereen mocht meedoen en zelfs de allerkleinste kreeg een rol.
Boksen, vechten of catch, het is niet mijn ding.
Maar hier ontlaadt het flink wat energie.
Soms zijn een paar bokshandschoenen wellicht effectiever dan een dozijn goedbedoelde welzijnswerkers.
Alhoewel een combinatie van beide wellicht ideaal is :
er zijn immers altijd gefrusteerde verliezers en omhooggevallen winnaars.
Geen opmerkingen :
Een reactie posten