zondag 23 mei 2010

De Oude Algerijn

Hij lijkt wat verbitterd maar is vooral ontgoocheld. In heel veel.
Zijn leeftijd is onbestemd, ik schat hem vijfenzestig maar hij kan evengoed ouder of jonger zijn.
Hij legt meteen zijn hele leven op tafel, alsof hij gewacht heeft op een immer geduldig luisteraar of een willoos slachtoffer. Vertelt hij zijn geschiedenis tegen iedereen of straal ik zoveel honger uit naar dit soort verhalen dat ik zo'n mensen aanzuig.

Getrouwd was hij niet uit liefde, hij had zijn eerste vrouw verloren en er was nog een nichtje vrij in de familie, verweg aan de rand van Blida, in Noord-Algerije. De familie drong aan, het zou beter zijn voor alle partijen.
Misschien zijn Noord-Afrikanen veel loyaler naar hun familie en zo zit hij nu met vijf kinderen op schoot,
waarvan de oudsten flink aan het puberen zijn - op zijn leeftijd en in deze stad : c'est pas facile monsieur.
Hij wil wel een heel klein beetje toegeven dat hij ook zijn bijdrage heeft in het onheil maar de ultieme verantwoordelijkheid, de grote dwaling voor het ontsporen van zijn kinderen en bij uitbreiding de ganse jongerenpopulatie in deze stad, ligt elders.
Het is de gouvernement monsieur, de staat die de ouders verbiedt op hun kinderen te slaan.
Zo simpel ligt dat.
O jawel, hij kende voorbeelden van kinderen die hadden geprocedeerd tegen hun ouders, en sociaal assistenten - hij lustte ze rauw - die hen daarin gretig steunden.
Die sociaal assistenten verlustigen zich daarin, zij leven daarvan, ze stimuleren de kinderen om in opstand te komen tegen hun ouders.
De jeugd, mijnheer, zij weten dat ze straffeloos hun gang kunnen gaan en maken daar schaamteloos misbruik van.
Ginder ver is dat niet waar. Daar worden ouders gerespecteerd, daar is het vaderlijk gezag heilig.
Daar worden lijfstraffen aanvaard, dat maakt deel uit van het opvoedingsproces.
Hij heeft zijn vader nooit veracht, ook al kreeg hij op tijd een flink pak rammel.
Wie de roede spaart nietwaar.

Vandaar al die problemen in families, men heeft de vaders ontmand, mijnheer, hun gezag ontnomen.
En ziedaar het resultaat : losgeslagen jongeren, glasbreuk in auto's, wegblijven op school, bendevorming, carjacking, het molesteren van onschuldige burgers.
Het is allemaal de fout van de gouvernement en de politie die laat betijen, want zij zijn ook aan handen en voeten gebonden. En wij, de ouders, moeten machteloos toezien.

Zo simpel, zo vanzelfsprekend, zo helder is de oplossing voor het jongerengeweld, de brossende leerlingen, waarom ook niet, bij uitbreiding, voor de jeugdwerkloosheid, het drugsprobleem en de ontspoorde huwelijken : de zweep erop.
"Een vrouw zonder slagen is zoals soep zonder zout," luidde het oude brusselse spreekwoord.
Dat heb ik hem evenwel niet verteld, want hij had het uitsluitend over zijn kinderen.

Zijn vrouw die zit thuis en past op de kinderen.

Geen opmerkingen :

Een reactie posten