vrijdag 10 augustus 2012

PoëzIeNdestad



In het schemer van de ontiegelijke vroege Kogelstraat heeft de flessenraper, die in het midden van de kasseistraat loopt, iets negentiende eeuws. Hij behoort tot de kaste van de voddenrapers die sinds 186o de Duivelshoek bevolkten.
Gebogen, gejaagd, in zichzelf pratend, een vork met twee tanden, een snor met lange onverzorgde punten.
Het lijkt wel of de Duivel is losgelaten in deze Hoek van de rue du Boulet.

Geen opmerkingen :

Een reactie posten