vrijdag 23 mei 2014

Het uur


Een uur is vijftig minuten. Min vijf minuten heen, vijf minuten terug. Min tien minuten uit- en aankleden. Resten nog krap dertig minuten. Ploegen snel verdeeld. Dan gaat de grijze sportleraar opzij staan en neemt het dagblad. De jongens amuseren zich, voetbal is voetbal. Na een tijdje wordt het hem te lawaaierig, hij keert zich met de rug naar de leerlingen, lijkt verdiept in een mogelijke transfer van Hazard - onwaarschijnlijk. Hij kijkt nog wat dieper in de krant alsof dat hem meer klaarheid verschaft. Het lawaai stoort allengs meer, de akoestiek aan de Papenvest, het is nooit wat geweest. Hij gaat buiten staan, krant wijdopen in het milde lentezonnetje. Op de achtergrond de uitgelaten maar gedempte kreten van de kudde zonder voorman. Iemand passeert, hij zegt kort gedag, weldra de Pyreneeën in de Giro. Blijkbaar bijziend, hij buigt opnieuw heel diep om het vervolg te lezen. Hij kijkt nerveus op zijn polshorloge, verdraaid, het is al elf uur. Vouwt de krant dicht. Binnen klapt hij éénmaal fel in de handen, er valt geen gebenedijd woord. Dan vertrekt hij, hoofd gebogen, een paar meter achter hem keuvelen vrolijk de jongens. Ach, tijd gaat veel te snel.

Geen opmerkingen :

Een reactie posten