"Hij zal wel bijpassen, als het moet draai ik de duimschroeven nog wat harder aan."
De jongeman naast mij laat er geen gras over groeien.
Het is vroeg namiddag als hij mij om een sigaret verzoekt. Daar kan ik hem niet bij helpen.
Een cigarillo opent wel een gesprek : ik ruik een verhaal.
Ik wil niet preken maar deze jongen hoort op school te zitten.
Ik ontwijk deze opmerking door te vragen of hij vrijaf heeft. Dat is veel vriendelijker dan koudweg te zeggen dat hij spijbelt.
Maar hijzelf wikkelt daar helemaal geen doekjes om, inderdaad : hij brost, so what ?
Ik hoef verder ook niks meer te vragen, alles vloeit er uit.
Hij leeft in onmin met zijn "oudje", zoals hij zijn vader liefelijk noemt.
Die heeft hem op droog zaad gezet nadat hij was beboet toen hij zonder helm door de wijk scheurde.
De vader had de zoon gestraft. Maar die had er zelf wat op gevonden :
hij had besloten gedurende één maand niet meer met zijn "oudje" te praten.
Ging hij dat dan chronometreren ?
Vanaf nu, tot vrijdag 20 november, pile om 19u46. Een geluidloze relatie, een gespannen stilte zeg maar.
Na een maand ging hij dan plots aan tafel weer overgaan tot de orde van de dag.
Benieuwd hoe de vader daar zal op reageren.
Heeft die zich neergelegd bij het stilzwijgen van zoonlief en snakt hij naar het bevrijdende woord ? Of presenteert hij hem een koekje van eigen deeg ?
Zo blijven ze bezig.
Waarom er niet meteen over praten ? Dat zou te simpel zijn : hij moet eerst bloeden.
Eén maand gingen ze doorbrengen in volstrekte stilte. De moeder kwam niet ter sprake, misschien was ze afwezig. Dat maakt het tafereel nog akeliger.
Vroeger werden jongelui berispt door hun vader.
Nu tuchtigen de zonen de vaders.
Straffe kinderen.
Geen opmerkingen :
Een reactie posten