Op de allereerste rij zit een meisje.
Ze is niet alleen. Haar chaperon is een keurig uitgedoste man met jongensachtige krullen.
Azuurblauwe trui, afgeboord met een witte kraag.
De hele voorstelling kijkt hij gebiologeerd naar het gebeuren, soms met open mond, alsof hij voor het eerst alleen op stap mag. Maar hij is niet alleen.
Het meisje heeft halflange bruine haren, ook zij is op haar paasbest. Korte leren vest, een gebloemde sjaal, elegant rokje, dure schoenen.
Zij is al vaker op stap geweest. De zaal heeft geen geheimen voor haar, ze vond moeiteloos de weg in het labyrinth van rijen en loges. De krullebol volgde haar gedwee.
Als de dansers en het koor aantreden diept ze geruisloos een kleine zwarte verrekijker uit haar handtas. Bij iedere nieuwe beweging zet ze de kijker even op haar neusje om ieder gebaar tot in het detail op te nemen.
Ze hanteert de kijker gracieuzer en verfijnder dan op de paardenrennen.
Daar gaat hij sneller op en af, bijwijlen gepaard met een ingehouden vloek, heel soms een lichte merde.
Nu slaakt ze schrille kreetjes, onhoorbaar. Ze ruikt naar te scherpe citroen, zijn parfum is neutraal, een droge Boss.
En dan ineens, in opperste ontroering, legt ze twijfelend haar hand op de rechterschouder van de jongeman, alsof ze houvast zoekt bij zoveel schoonheid.
Hij merkt het amper, de mond wijdopen, zij trekt haar hand terug, slechts voor even.
Nu legt ze haar arm over hem en streelt zijn linkerschouder, even later aait ze zijn nek en zijn blonde krullen. Heel, heel traag. Hij laat begaan.
Ze fluistert zachtjes in zijn oor. Bijt ze in zijn oorlel ? Hij verroert niet.
Dan valt haar hoofd op zijn frêle schouder. Het lijkt wel het einde van een romantische film.
En dan dondert het applaus uit de hoge zaal. Een zinderende voorstelling van éne Cherkaoui in een extatische Munt. Wie het heeft gemist moet zich voor het hoofd slaan.
Staande ovatie. Ze lost haar greep op de krullebol die gemanierd applaudiseert.
Rechtstaand, beide handen naast haar mond schreeuwt ze bereluid : bravó bravó.
Beide lachen.
Hier draagt ze een rokje, thuis de broek.
De vrouw en de Jongen : soms zorgt onevenwicht voor de juiste balans.
Geen opmerkingen :
Een reactie posten